Terug naar het overzicht Samenvatting
Samenvatting
De meningen onder inwoners over het culturele-voorzieningenaanbod en de aandacht op cultuur in de Zeeuwse politiek zijn sterk verdeeld. We zien dat deze verschillen in ‘cultuurhouding’ van de Zeeuwse inwoners zowel met persoonskenmerken als met woonlocatie samenhangen. Deze inzichten bieden voor beleidsmakers en het cultuurveld handvatten om cultuur aantrekkelijker en meer toegankelijk te maken.

Cultuurprofielen van de Zeeuwse inwoners

01 november 2022
|

Inzicht in hoe inwoners kijken naar cultuur

In het kader van de Ontwikkelagenda Cultuurveld 2022-2024 wordt gewerkt aan een Zeeuwse cultuurmonitor. Vanuit deze cultuurmonitor is er behoefte aan inzicht in de beleving van en behoefte aan cultuur onder Zeeuwse inwoners en bezoekers van Zeeland. Dit artikel biedt inzicht in verschillende ‘profielen’ van Zeeuwse inwoners als het gaat om het waarderen, prioriteren en ondersteunen van cultuur. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de onderzoeksgegevens van het inwonersonderzoek Leven in Zeeland 2021.  Cultuur is één van de vele onderwerpen die in dit onderzoek aan bod komen. Kracht van het onderzoek Leven in Zeeland is de omvang en representativiteit: in totaal hebben bijna 13 duizend Zeeuwse inwoners een vragenlijst ingevuld, verspreid over alle Zeeuwse gemeenten en wijken (HZ KCZS, 2022b). 

Cultuur is een multi-interpretabel begrip waar mensen verschillende associaties bij hebben. Daarom heeft HZ Kenniscentrum Zeeuwse Samenleving in 2022 ook een panelonderzoek gedaan naar de specifieke cultuurbehoefte van Zeeuwse inwoners. In dit panelonderzoek wordt dieper ingegaan op hoe de Zeeuwse inwoners kijken naar het aanbod en belang van allerlei verschillende vormen van cultuur (HZ KCZS, 2022a). Samen met dit panelonderzoek biedt het voorliggende deelonderzoek nieuwe inzichten in hoe de Zeeuwse inwoners naar cultuur kijken. Hiermee vormen de twee deelonderzoeken een opmaat naar een meer structurele monitoring van de maatschappelijke waarde van cultuur in Zeeland.

Waardering, prioriteit, lidmaatschap en vrijwilligerswerk

Aan de deelnemers van het bevolkingsonderzoek Leven in Zeeland zijn vragen gesteld over het beschikbare cultuuraanbod, de gewenste aandacht voor cultuur, en lidmaatschap alsook vrijwilligerswerk bij een culturele vereniging. Deze vier aspecten zeggen iets over de houding van inwoners ten aanzien van cultuur. Vragen over cultuurbezoek, zoals naar de bioscoop of een museum gaan, zijn niet gesteld, omdat we ten tijde van het onderzoek in een (gedeeltelijke) lockdown zaten vanwege Coronapandemie. Dergelijke niet-georganiseerde en voor veel mensen meer laagdrempelige vormen van cultuurdeelname vallen dus buiten dit deelonderzoek. De vragen die wél zijn gesteld en ook meegenomen in dit deelonderzoek luiden als volgt:

  • Kunt u op een schaal van 1 tot en met 10 aangeven hoe tevreden u bent over de aanwezigheid van culturele voorzieningen (musea, voorstellingen, concerten) in uw woonomgeving? (waardering)
  • Wilt u dat de Zeeuwse politiek meer of minder aandacht moet hebben voor het aanmoedigen van kunst en cultuur? (prioriteit)
  • Bent u lid van een culturele vereniging? (lidmaatschap)
  • Bent u vrijwilliger bij een culturele vereniging of organisatie? (vrijwilligerswerk)

Zeeuwse inwoners zijn verdeeld als het gaat over de waardering van de aanwezigheid van culturele voorzieningen in de woonomgeving. Ongeveer 33 procent is hierover tevreden, 21 procent ontevreden en 23 procent matig tevreden. Iets minder dan een kwart van de inwoners weet niet wat voor beoordeling ze hiervoor moet geven. Het kan zijn dat zij te weinig informatie hebben over cultuur in de eigen omgeving of geen cultuurbezoekers zijn. Als het gaat over de gewenste mate van politieke aandacht voor het stimuleren van kunst en cultuur in Zeeland dan zien we ook daar verdeeldheid: een grote groep (ruim 4 op de 10) wil hier geen verandering in, 24 procent wil in de toekomst meer politieke aandacht voor kunst en cultuur en ongeveer 2 op de 10 willen minder aandacht voor het stimuleren van kunst en cultuur. Ongeveer 1 op de 10 heeft geen mening. Als het gaat om betrokkenheid bij culturele voorzieningen of organisaties dan zien we dat 10 procent lid is van een culturele vereniging en 4 procent vrijwilliger bij een culturele vereniging of organisatie.

Figuur 1: Cultuurbeleving van Zeeuwse inwoners in cijfers

Vier cultuurprofielen van Zeeuwse inwoners

Door middel van een zogenoemde ‘clusteranalyse’ hebben wij vier groepen inwoners herleid met elk een eigen ‘cultuurprofiel’. Dat wil zeggen: door alleen te kijken naar de in Zeeland voorkomende combinaties van waardering, prioriteit, lidmaatschap en vrijwilligerswerk kunnen grofweg vier groepen worden gedefinieerd en onderscheiden. Uit de clusteranalyse blijkt dat vrijwilliger bij een culturele instelling of organisatie weinig toevoegt aan de analyse. Om die reden hebben wij dit kenmerk niet opgenomen in de clusteranalyse.

De analyse leert ons dat een grote groep inwoners kritisch is over de aanwezigheid van culturele voorzieningen in de woonomgeving: ze zijn matig of niet tevreden over het aanbod. Het grootste deel van deze groep wil bovendien evenveel of meer politieke aandacht voor het stimuleren van kunst en cultuur. Ze zijn zelf geen lid van een culturele vereniging. We noemen deze groep ‘kritische cultuur-belevers’. Het gaat, met 39 procent, om de grootste groep Zeeuwse inwoners. Een andere groep betreft de inwoners die zelf geen uitgesproken mening hebben over het cultuuraanbod alsook, zij het in mindere mate, voor de aandacht die cultuur moet krijgen in de Zeeuwse politiek. Net als de ‘kritische cultuur-belevers’ zijn zij geen lid van een culturele vereniging. Vanwege deze onuitgesprokenheid noemen wij deze groep de ‘cultureel-niet-uitgesproken-inwoners’. Het zijn vermoedelijk inwoners die niet veel met cultuur hebben, geen culturele aangelegenheden bezoeken en/of onvoldoende geïnformeerd zijn over het cultuuraanbod in de woonomgeving. Het gaat om 25 procent van alle inwoners.

De andere twee groepen zijn positiever over cultuur in Zeeland. In de eerste plaats zijn er de inwoners die zelf geen lid zijn van een culturele vereniging, maar wel tevreden zijn over het cultuuraanbod in de woonomgeving. Het gaat om 26 procent van alle inwoners en is daarmee de een-na-grootste groep. Een meerderheid van deze groep wil geen verandering in de hoeveelheid politieke aandacht voor cultuur. Wij noemen ze de ‘tevreden cultuur-belevers’. Tot slot is er een kleinere groep (10 procent) die zelf actief is als lid van een culturele vereniging. Deze inwoners zijn aanzienlijk vaker tevreden over de aanwezigheid van culturele voorzieningen in hun woonomgeving. Zij willen graag evenveel of meer politieke aandacht voor kunst en cultuur. Deze groep noemen wij de ‘betrokken cultuurliefhebbers’.

Figuur 2: Vier 'cultuurprofielen' van de Zeeuwse inwoners

Contrasten tussen de vier cultuurprofielen

Er zijn dus grofweg vier groepen inwoners in Zeeland met een ‘eigen’ cultuurprofiel. Maar hoe zien deze groepen er uit? Wie zijn de ‘betrokken cultuurliefhebbers’? En wie zitten in de andere groepen?  Om de samenstelling van de profielen te beschrijven, hebben wij onder meer gekeken naar bestaand onderzoek. Zo bleek uit een studie van Kraaykamp en collega’s (2008) dat kenmerken als leeftijd, opleidingsniveau, inkomen, stedelijkheid van de woonregio, beschikbare (vrije) tijd en kenmerken van de partner bepalend zijn bij de mate van cultuurdeelname. Uit een onderzoek van de Universiteit van Gent (2016) blijkt verder dat niet-cultuurdeelnemers vaak minder ‘cultureel kapitaal’ hebben, vaker alleenstaand zijn en doorgaans een kleiner sociaal netwerk hebben. Cultureel kapitaal kan worden opgevat als een intrinsieke en ontwikkelde belangstelling onder mensen voor cultuur, die als het ware (wel of niet) tijdens de opvoeding of opleiding is meegekregen (Willekens et. al 2016). Een deel van deze kenmerken hebben wij, direct of indirect meegenomen in ons onderzoek. Hierbij valt de denken aan kenmerken als leeftijd, werk, huishoudenspositie, opleidingsniveau en sociale contacten. Andere factoren, zoals vrije tijd en kenmerken van de partner, hebben wij niet gemeten en kunnen wij hierdoor niet meenemen.

De kritische cultuur-belever: jong en vrije waarden

De grootste groep inwoners, de ‘kritische cultuur-belevers’, zijn vaak jong; tussen de 16 en 29 jaar. Inwoners in deze groep volgen vaak een opleiding of hebben betaald werk. Ze zijn bovengemiddeld vaak middelbaar of hoger opgeleid. Regionaal gezien woont de kritische cultuur-belever vooral in weinig of niet-stedelijk gebied. In het bijzonder in de gemeenten Tholen, Hulst en op Noord-Beveland wonen relatief veel kritische cultuurbelevers. Bijna de helft van alle inwoners in die gemeenten valt binnen dit profiel. We hebben daarnaast ook gekeken naar verschillen in ‘waardeoriëntatie’, ofwel wat voor waarden mensen in hun leven belangrijk vinden. Het valt op dat de kritische cultuur-belevers vaak ‘vrije waarden’ aanhangen: ze zijn doorgaans op zichzelf gericht en vinden vrijheid, creativiteit en onafhankelijkheid belangrijk. Ze hangen in mindere mate traditionele waarden en vinden gehoorzaamheid, traditie en veiligheid minder belangrijk.

De tevreden cultuur-belever: werkend, vaak woonachtig in Middelburg of Goes

De een-na-grootste groep betreft de tevreden cultuur-belevers. Het gaat om 26 procent van de inwoners en vormt, qua leeftijd, een goede afspiegeling van de totale Zeeuwse bevolking, met verhoudingsgewijs wat meer mensen in de leeftijd van 45 tot en met 59 jaar. Ze hebben vaak betaald werk en zijn relatief vaak middelbaar of hoger opgeleid. Ten opzichte van de inwoners in de andere drie profielen is de tevreden cultuur-belever het minst vaak eenzaam. De ‘tevreden cultuur-belever’ woont relatief vaak in (zeer) stedelijk gebied in Middelburg of Goes: bijna 4 op de 10 inwoners in deze twee gemeenten rekenen we tot dit profiel. Qua waardeoriëntatie is de groep ‘tevreden cultuur-belevers’ minder uitgesproken. Ze neigen naar de traditionele waarden (gehoorzaamheid, traditie, veiligheid, oog voor medemens).

De cultureel-niet-uitgesproken-inwoner: lager opgeleid en traditionele waarden

De derde grootste groep (25 procent) betreft de ‘cultureel niet uitgesproken inwoners’. Opvallend in het profiel van de cultureel-niet-uitgesproken inwoner is dat hij of zij traditionele waarden als gehoorzaamheid, traditie, veiligheid en oog voor medemens belangrijk vindt. Ook is hij/zij relatief vaak laag opgeleid: dit geldt voor 45 procent van de inwoners die we tot deze groep rekenen. Bijna de helft van deze groep is 60 jaar of ouder. De hoge leeftijd van deze groep vertaalt zich ook in andere, leeftijdsgebonden kenmerken. Zo heeft de cultureel-niet-uitgesproken inwoner vaak geen betaald werk (meer) vaker moeite om ergens zelfstandig naartoe te gaan en is relatief vaak eenzaam. Ze zijn doorgaans geen lid of vrijwilliger bij een niet-culturele vereniging of organisatie. De cultureel-niet-uitgesproken inwoners wonen relatief vaak in de Oosterschelderegio. In het bijzonder in de gemeente Reimerswaal vallen ruim 3 op de 10 inwoners in deze groep.

De betrokken cultuurliefhebber: maatschappelijk actieve, hoog opgeleide 60-plusser

Het laatste profiel betreft de ‘betrokken cultuurliefhebber’. Het gaat, met 10 procent van alle inwoners, om de kleinste groep. Van alle profielen is dit de oudste groep: ruim 6 op de 10 zijn 60 jaar of ouder. Gezien deze leeftijdsopbouw is de betrokken cultuurliefhebber is vaak niet (meer) werkzaam. Van alle profielen is de betrokken cultuurliefhebber het vaakst hoog opgeleid. In tegenstelling tot de cultureel-niet-uitgesproken inwoners, waar ook een aanzienlijk deel 60 jaar of ouder is, is de betrokken cultuurliefhebber vaak maatschappelijk actief; als vrijwilliger of lid van een vereniging. Een ander opvallend verschil met het profiel van de cultureel-niet-uitgesproken inwoner is dat de betrokken cultuurliefhebber, ondanks de leeftijd, niet bovengemiddeld eenzaam is of minder vaak moeite heeft om zelfstandig te reizen. Het lijken dus de meer vitalere ouderen. Kijken we naar de woonlocatie dan zien we dat zij relatief vaak woonachtig zijn in niet-stedelijk gebied en in Zeeuws-Vlaanderen, in het bijzonder in de gemeenten Hulst en Sluis. Ook in Veere wonen relatief veel mensen die wij tot deze groep rekenen.

Conclusie: cultuurhouding van Zeeuwse inwoners zowel groeps- als plaatsgebonden

Cultuur is er voor iedereen, maar niet iedereen heeft dezelfde mate van waardering, interesse en/of betrokkenheid bij cultuur. Ons onderzoek laat zien dat de meningen onder inwoners sterk verdeeld zijn over het culturele-voorzieningenaanbod in de woonomgeving en de aandacht die cultuur moet hebben in de Zeeuwse politiek. We zien in Zeeland twee groepen die aan de uitersten van het spectrum van cultuurbeleving staan: ‘tevreden cultuurbelevers’ en ‘kritische cultuurbelevers’. Verder is er een substantiële groep inwoners die weinig uitgesproken is over zowel het culturele aanbod als de gewenste beleidsprioriteit voor cultuur in Zeeland. Deze ‘cultureel-niet-uitgesproken-inwoners’ hebben mogelijk weinig met cultuur of zijn beperkt geïnformeerd over het lokale cultuuraanbod. Een vierde, relatief kleine groep inwoners is zelf actief in de cultuursector door lid te zijn van en/of vrijwilliger te zijn bij een culturele vereniging. Deze ‘betrokken cultuurliefhebbers’ zijn vaak positief over het cultuuraanbod in de woonomgeving en willen doorgaans meer politieke aandacht voor cultuur.

De cultuurhouding van de Zeeuwse inwoners hangt sterk samen met persoonskenmerken, zoals leeftijd, opleidingsniveau en waardeoriëntatie van inwoners. Zo is de ‘tevreden cultuur-belever’ relatief vaak van middelbare leeftijd en neigt naar traditionele waarden als gehoorzaamheid, traditie en veiligheid. De ‘kritische cultuur-belever’ is doorgaans jong en gehecht aan vrijheid, creativiteit en onafhankelijkheid. De ‘betrokken cultuurliefhebber’ is net als de ‘cultureel-niet-uitgesproken-inwoner’ doorgaans wat ouder, maar ook maatschappelijk actiever, vitaler en hoger opgeleid. Naast deze persoonskenmerken zien we dat de woonlocatie een rol speelt in de cultuurhouding van inwoners. In de gemeenten Tholen, Noord-Beveland en Hulst kan bijna de helft van de inwoners tot het profiel ‘kritische cultuurliefhebber’ worden gerekend. In de gemeenten Middelburg en Goes wonen veel ‘tevreden cultuur-belevers’. Inwoners van Reimerswaal zijn relatief vaak ‘cultureel-niet-uitgesproken’ en inwoners in de gemeenten Hulst, Sluis en Veere behoren relatief vaak tot het profiel ‘betrokken cultuurliefhebbers’.

Om cultuur in Zeeland nog meer te laten aansluiten op de behoeften van inwoners kunnen de resultaten van dit onderzoek op verschillende manieren worden gebruikt. Zo kan doelgroepgericht bijvoorbeeld (nog) meer aandacht worden gegeven aan aansluiting van het cultuuraanbod op de cultuurbehoefte van de jongere, doorgaans kritische doelgroep. Zo bleek uit eerder onderzoek bijvoorbeeld al dat Zeeuwse jongvolwassenen graag meer evenementen, activiteiten en festivals zouden willen (ZB| Planbureau, 2021). Ook zou er kunnen worden gekeken in hoeverre er, bijvoorbeeld in de vorm  en toegankelijkheid van communicatie, beter aansluiting kan worden gevonden met inwoners met een lager opleidingsniveau. Daarnaast zou ook meer locatiegericht gekeken kunnen worden. Wat is er in gemeenten als Noord-Beveland, Tholen en Hulst bijvoorbeeld nodig om meer aansluiting te vinden op de cultuurbehoefte van de inwoners die daar wonen? En hoe zouden inwoners in een gemeente als Reimerswaal überhaupt meer betrokken kunnen worden bij cultuur? Samen met de onderzoeksresultaten uit het ‘Cultuur door de ogen van Panel Zeeland’, waar meer specifiek is gekeken naar waardering, participatie (zowel actief als passief) en behoefte van inwoners, bieden deze nieuwe inzichten in cultuurprofielen van Zeeuwse inwoners voor beleidsmakers en het cultuurveld handvatten om cultuur nog aantrekkelijker en voor een bredere doelgroep toegankelijk te maken.

Methodebeschrijving

Dit onderzoek is gebaseerd op de onderzoeksgegevens van Leven in Zeeland 2021, een grootschalig bevolkingsonderzoek dat vóór de zomer van 2021 is gehouden en waarvoor ruim 52 duizend inwoners van 16 jaar en ouder zijn uitgenodigd. Bijna 13 duizend inwoners hebben een vragenlijst ingevuld en teruggestuurd. De verzamelde onderzoeksgegevens zijn opgeschoond en gewogen om representatieve uitspraken te kunnen doen over de volwassen Zeeuwse bevolking. Zie de methodebeschrijving van het onderzoek Leven in Zeeland voor meer informatie (HZ KCZS, 2022b).
Als eerste stap in het onderzoek zijn de vier doelkenmerken uit dit onderzoek geanalyseerd voor de totale inwonerspopulatie. Het gaat om de volgende vier kenmerken:

  • Kunt u op een schaal van 1 tot en met 10 aangeven hoe tevreden u bent over de aanwezigheid van culturele voorzieningen (musea, voorstellingen, concerten) in uw woonomgeving? (waardering)
  • Wilt u dat de Zeeuwse politiek meer of minder aandacht moet hebben voor het aanmoedigen van kunst en cultuur? (prioriteit)
  • Bent u lid van een culturele vereniging? (lidmaatschap)
  • Bent u vrijwilliger bij een culturele vereniging of organisatie? (vrijwilligerswerk)

De resultaten hiervan worden beschreven in Figuur 1 van het artikel.
Als tweede stap zijn de hierboven genoemde kenmerken gebruikt in een ‘clusteranalyse’ om te komen tot een groepsindeling van inwoners die zich onderscheiden op combinaties van deze vier kenmerken. Deze clusteranalyse resulteert uiteindelijk in een grove indeling van inwoners, waarbij het kenmerk ‘wel/geen vrijwilliger bij een culturele organisatie’ uiteindelijk niet werd meegenomen in de analyse. De clusteranalyse toonde aan dat dit kenmerk beter weggelaten kan worden. De vier ‘profielen’ van inwoners die resulteert uit deze analyse is als volgt:

  1. Kritische cultuur-belever
  2. Tevreden cultuur-belever
  3. Cultureel-niet-uitgesproken inwoner
  4. Betrokken cultuurliefhebber

De samenstelling van deze clusters, op basis de doel-kenmerken, wordt beschreven in de Bijlage.
Vervolgens is, door middel van beschrijvende statistieken op basis van de onderzochte kenmerken, een analyse gedaan op deze vier profielen. Hierbij zijn de volgende kernmerken meegenomen:

  • Stedelijkheid van de woonplaats (niet, weinig, matig, sterk/zeer sterk stedelijk)
  • Woonregio (Walchteren, Zeeuws-Vlaanderen, Oosterschelderegio)
  • Geslacht (man, vrouw)
  • Leeftijd (16-29 jaar, 30-44 jaar, 45-59 jaar, 60-79 jaar, 80+)
  • Opleidingsniveau (laag, middelbaar hoog)
  • Samenwonend met partner
  • Heeft wel/geen thuiswonende kinderen
  • Activiteit (scholier/student, deeltijd werkend, voltijd werkend, geen opleiding/werk)
  • Ontvangt wel/geen uitkering
  • Voelt zich wel/niet (enigszins of sterk) eenzaam
  • Woont wel/niet in een huurwoning
  • Is wel niet lid van een niet-culturele vereniging
  • Is wel/geen vrijwilliger bij een culturele instelling of organisatie
  • Ervaart de gezondheid wel/niet als slecht
  • Heeft wel/niet dagelijks of wekelijks sociaal contact met familieleden of gezinsleden die niet in huis wonen
  • Kan wel/niet zonder moeite ergens naar toe met eigen of openbaar vervoer
  • Waardeoriëntatie:  
    • Op zichzelf gericht, vrijheid, creativiteit en onafhankelijkheid
    • Vrijheid, creativiteit, onafhankelijkheid en oog voor mens/natuur zijn belangrijk
    • Gehoorzaamheid, traditie, veiligheid en oog voor medemens zijn belangrijk
    • Idem als 3 maar iets minder extreem

De resultaten van de clusteranalyse en alle beschrijvende statistieken staan in de Bijlage.

Bijlage

Tabel: beschrijving van de vier clusters op basis van de doelkenmerken
Tabel: beschrijving van de vier clusters op basis van de doelkenmerken
Tabel: Leeftijdsverdeling naar cultuurprofiel
Tabel: Leeftijdsverdeling naar cultuurprofiel
Tabel: Man-vrouw-verdeling naar cultuurprofiel
Tabel: Man-vrouw-verdeling naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/niet samenwonen naar cultuurprofiel
 Tabel: Verdeling wel/niet samenwonen naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/geen thuiswonende kinderen naar cultuurprofiel
 Tabel: Verdeling wel/geen thuiswonende kinderen naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling opleidingsniveau naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling opleidingsniveau naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling activiteit naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling activiteit naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/geen uitkering naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/geen uitkering naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling eenzaamheid naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling eenzaamheid naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling stedelijkheid woonplaats naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling stedelijkheid woonplaats naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling woonregio naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling woonregio naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling woongemeente naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling woongemeente naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling cultuurprofielen naar woongemeente
Tabel: Verdeling cultuurprofielen naar woongemeente
Tabel: Verdeling wel/geen lid (niet-culturele) vereniging naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/geen lid (niet-culturele) vereniging naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/geen vrijwilliger (niet-culturele organisatie) naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling wel/geen vrijwilliger (niet-culturele organisatie) naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling sociaal contact naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling sociaal contact naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling moeite met zelfstandig bereiken van plekken (met eigen vervoer of ov) naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling moeite met zelfstandig bereiken van plekken (met eigen vervoer of ov) naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling waardeoriëntatie naar cultuurprofiel
Tabel: Verdeling waardeoriëntatie naar cultuurprofiel
Bronnen

HZ KCZS. (2022a, november). Cultuur door de ogen van Panel Zeeland. HZ University of applied sciences – Kenniscentrum Zeeuwse Samenleving. https://publicaties.kczs.nl/cultuur-door-de-ogen-van-panel-zeeland

HZ KCZS. (2022b, maart). Leven in Zeeland 2021. HZ University of applied sciences – Kenniscentrum Zeeuwse Samenleving. https://publicaties.kczs.nl/leven-zeeland-2021

Kraaykamp G., W. van Gils, W. Ultee (2008) Cultural participation and time restrictions Explaining the frequency of individual and joint cultural visits. https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0304422X08000284

Schwartz, S. H. (1992). Universals in the Content and Structure of Values: Theoretical Advances and Empirical Tests in 20 Countries. Advances in Experimental Social Psychology, 1–65. https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S0065260108602816

Willekens M., J. Lievens (2016) Who participates and how much? Explaining non-attendance and the frequency of attending arts and heritage activities. https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0304422X16000115

ZB| Planbureau. (2021, februari). Zeeland nu en in de toekomst: een inwoneronderzoek in het kader van de Zeeuwse Omgevingsvisie. https://publicaties.kczs.nl/zeeland-nu-en-de-toekomst